Hoe heten de ‘draadjes’ in een banaan en waarom wordt aangeraden ze op te eten?

Bij het schillen van een banaan zie je vaak de karakteristieke ‘draadjes’ die van het ene uiteinde naar het andere uiteinde van de vrucht lopen. Veel mensen trekken ze eruit en gooien ze weg, zonder te weten dat ze gunstige eigenschappen hebben.

Deze draadjes worden floëma genoemd en maken deel uit van het vasculaire systeem van de banaan. Ze zijn verantwoordelijk voor het transport van voedingsstoffen van de plant naar de vrucht terwijl deze groeit.

Waarvoor dienen floëma’s?

Hoewel ze op het eerste gezicht vervelend lijken, zijn deze draden eetbaar en leveren ze verschillende voedingsstoffen. Net als de rest van de banaan bevatten ze vezels, vitamines en mineralen die helpen om het lichaam goed te laten functioneren.

De floëma’s leveren tal van voedingsstoffen die ons lichaam helpen. De vezels in de floëma’s helpen de spijsvertering en zorgen voor een langer verzadigd gevoel. Bovendien bevatten ze kleine hoeveelheden kalium, vitamine B6 en vitamine C, essentiële voedingsstoffen voor de spiergezondheid, het zenuwstelsel en het immuunsysteem.

Om die reden wordt aangeraden om ze te eten in plaats van weg te gooien. De vruchtvliezen geven het fruit een toegevoegde voedingswaarde en veranderen de smaak van de banaan niet. Ze kunnen op verschillende manieren worden gegeten. Alleen, bijvoorbeeld, of in combinatie met gedroogd fruit; er zijn zelfs tradities waarbij ze in sommige salades worden verwerkt.